Skip to content Skip to footer

Kan de Rechtbank rechtstreeks worden gevat door een erfgenaam die tegelijk bijzondere legataris is voor de afgifte van een bijzonder legaat?

Door de burgerlijke rechtbank van eerste aanleg te werd vonnis geveld in een erfrechtelijk geschil waarbij de vordering van een bijzondere legataris werd afgewezen omdat hij deze vordering instelde NA de dagvaarding in vereffening-verdeling van de nalatenschap.

Wanneer tussen wettige erfgenamen een gerechtelijke vereffening-verdeling aan de gang is, dient de erfgenaam die tegelijk bijzondere legataris is, OP DAT OGENBLIK om de afgifte van zijn legaat te verzoeken. Ingeval hij dit heeft nagelaten in de eerder ingestelde procedure van gerechtelijke vereffening-verdeling, kan de rechtbank geen vonnis vellen, zonder voorafgaand notarieel advies.

Relevante elementen van het voorliggend geval

De heer …………., weduwnaar, (…), is overleden te … op ………………en heeft daarbij beide partijen, zijn zonen en enige kinderen, als wettige/reservataire erfgenamen nagelaten. Bij authentiek testament van ………….. vermaakt …………….. aan de eiser een woning met toebehoren te Gent (…). Het betreft een bijzonder legaat buiten erfdeel: na afgifte van het bedoelde legaat, dient de restnalatenschap bij helften toe te komen aan beide partijen (die als algemene legatarissen fungeren).

Bij vonnis van ……………… beveelt deze rechtbank de uit-onverdeeldheid-treding/gerechtelijke vereffening-verdeling van onder meer de nalatenschap van vader …, met aanstelling van notaris …. als boedelnotaris.

De partijen (en vader) zijn eerder overgegaan tot (gedeeltelijke) vereffening-verdeling van de gewezen huwelijksgemeenschap tussen vader E. en moeder M., zo ook tot uitonverdeeldheidtreding/vereffening-verdeling van de nalatenschap van moeder M.

Vorderingen

De dagvaarding strekt, met toepassing van art. 1014 BW, tot afgifte van het voormelde bijzondere legaat, vermeerderd met de vruchten en de interesten.

De verweerder neemt conclusie tot afwijzing van deze vordering. Volgens de verweerder zou de eiser sinds het overlijden van hun vader de vruchten en de interesten (huurgelden) hebben ontvangen en voor voormelde woning reeds een compromis hebben getekend (én terbeschikkingstelling van de koper).

Beoordeling

Met de verweerder is de rechtbank van oordeel dat de eiser met zijn voormelde vordering bezwaarlijk de geijkte procedure tot gerechtelijke vereffening-verdeling van de nalatenschap van vader E. kan omzeilen. Wanneer, zoals in casu, tussen de eiser en de verweerder als wettige/reservataire erfgenamen/deelgenoten een gerechtelijke vereffening-verdeling aan de gang is, dient de eiser, die tegelijk bijzondere legataris is, zo nodig, in dit verband om de afgifte (sensu lato, met inbegrip van de betaling) van zijn legaat te verzoeken (art. 1207 e.v. Ger.W.).

Daar de eiser dit heeft nagelaten in het raam van de procedure die het voormelde vonnis heeft meegebracht, kan de rechtbank dienaangaande, zonder notariële werkzaamheden in het raam van een staat van vereffening-verdeling, niet zonder meer tussenkomen.

Het komt thans in de eerste plaats aan de boedelnotaris (die blijkens het proces-verbaal tot opening van werkzaamheden in kennis is gesteld) toe om dienaangaande standpunt in te nemen.

Zo komt het de boedelnotaris toe om de zogeheten “fictieve massa” samen te stellen (art. 922 BW) en in die optiek na te gaan of, en zo ja in welke mate, de bedoelde gift buiten erfdeel, gelet op de reserve van de partijen (art. 913 BW), binnen het beschikbare gedeelte van de nalatenschap past. In voorkomend geval worden de legaten ingekort vóór de schenkingen (art. 923 BW). Is het beschikbare gedeelte van de nalatenschap opgeslorpt door schenkingen, dan vervallen de legaten (art. 925 BW). Voorts gaan de schulden vooraf (art. 1024 BW).

In die optiek kan de reservataire erfgenaam, zoals de verweerder, de afgifte en de betaling van een legaat weigeren, hetzij geheel hetzij gedeeltelijk.

Ingeval zich een (via PV van zwarigheden) betwisting aandient, die de notariële werkzaamheden blokkeert, kan de rechtbank desnoods aangesproken worden, maar enkel met een (desnoods tussentijds) PV van beweringen en zwarigheden (C. Declerck, “Draaiboek van vereffening-verdeling” in W. Pintens en J. Du Mongh (eds.), Themis familiaal vermogensrecht, Brugge, die Keure, 2004, p. 22-24, nrs. 43-50, waarbij in randnr. 45 terecht wordt aangegeven dat de partijen de rechtbank in de regel niet rechtstreeks kunnen adiëren na een aanstellingsvonnis van  de notaris-vereffenaar).

Voor een goed begrip : indien de bijzondere legataris een procedure had ingesteld voor de dagvaarding in vereffening en verdeling, kon de rechtbank wel rechtsgeldig worden gevat en konden deze problemen  voorkomen worden.

René KUMPEN