Skip to content Skip to footer

Hotel mama: de do’s en vooral de don’ts

Het is wellicht merkbaar in uw directe omgeving: steeds tot op latere leeftijd blijven de kinderen bij hun ouders inwonen. “Hotel mama” zoals dit ook wel wordt benoemd, geeft de kinderen de mogelijkheid om langer te sparen en meteen ook de zorgen van de ouders (lees: verwennerij) niet te verliezen. Zolang de relatie tussen ouders en kind goed zit, worden er in de praktijk nauwelijks schriftelijke overeenkomsten gemaakt aangaande de financiële kant van het samenwonen. Vaak moet het kind wel kost en inwoon betalen, doch wat als het kind niet langer betaalt?

De rechtbank van Kortrijk diende zich te buigen over een dergelijke casus. Een meerderjarige zoon woonde in bij zijn moeder samen met de andere kinderen. Er was mondeling afgesproken met de kinderen dat een maandelijkse som van 250,00 EUR werd betaald voor kost en inwoon. Plots ontstaat een conflict tussen moeder en zoon. De Vrederechter besloot dat de zoon de woning diende te verlaten en zijn domicilie diende te wijzigen. De moeder vorderde nadien dat de zoon de achterstal van betalingen van kost en inwoon moest aanzuiveren.

Bij de beoordeling van een dergelijke vordering, ligt het uitgangspunt vervat in artikel 203 B.W aangaande de onderhoudsverplichtingen van de ouders. Conform dit artikel dienen beide ouders naar evenredigheid van hun middelen in te staan voor de opleiding, opvoeding, huisvesting, .. van hun kind. Indien na de meerderjarigheid het kind de opleiding nog niet heeft voltooid, loopt deze onderhoudsplicht ook door tot na de meerderjarigheid. Principieel stelt men dat de onderhoudsplicht stopt van zodra het kind zijn diploma behaalt en kans op werk heeft.

Ten tweede dient te worden gekeken naar de gemeenrechtelijke onderhoudsplicht tussen bloedverwanten in de rechte lijn. Artikelen 205 en 207 B.W. bepalen dat de bloedverwanten in rechte lijn elkaar levensonderhoud verschuldigd zijn zolang er sprake is van behoeftigheid. Er is niet langer behoeftigheid, wanneer het kind zijn opleiding heeft beëindigd of werk heeft (of kan krijgen).

Samenlezing van voormelde artikelen leert dat een meerderjarig kind, dat zijn/haar diploma behaalde en werk heeft (of kan verkrijgen) zich niet langer kan beroepen op enige wettelijke onderhoudsplicht lastens de ouders. Hoe dient dan het onderhoud verschaft door de ouder aan zijn meerderjarig inwonend kind te worden gekwalificeerd?

De Rechtbank oordeelde in voormelde casus dat de moeder onderhoud verschafte buiten de wettelijke bepaalde gevallen en dit diende te worden aanzien als een natuurlijke verbintenis. Natuurlijke verbintenissen zijn verbintenissen die niet in rechte afdwingbaar zijn maar – en dit is de kern – eenmaal ze vrijwillig zijn uitgevoerd, kunnen ze geen aanleiding geven tot terugvordering (zie artikel 1235 B.W.)

Ze had nog een terugvordering kunnen bekomen, maar dan had ze het bestaan van een overeenkomst moeten aantonen. 

In casu oordeelde de Rechtbank dat de moeder onvoldoende aantoonde dat er met de meerderjarige zoon een overeenkomst was tot betaling van kost en inwoon. De moeder haalde enkel aan dat ze eenzelfde afspraak had met de andere kinderen en de zoon ook een aantal keren vrijwillig had betaald. Dit was voor de Rechtbank onvoldoende. Het feit dat de afspraak met de andere kinderen werd gemaakt, betekende voor de Rechter nog niet dat eenzelfde overeenkomst bestond met de betrokken meerderjarige zoon. Wat betreft de betalingen door de zoon, meende de rechter dat dit eerder ging over vrijwillige betalingen dan de uitvoering van een overeenkomst, gezien de onregelmatigheid ervan en de wisseling in bedragen.

Wat leert dit vonnis ons?
De relatie tussen ouder en kind is er geen van schriftelijke overeenkomsten. Wanneer het echter tot een conflict komt, ondervindt men bij gebrek aan afspraken vaak juridische problemen. Hieraan kan worden tegemoetgekomen door de opmaak van een (samenlevings)overeenkomst waarin ouder en kind financiële afspraken maken. Voor verdere uitleg aangaande de opmaak van een dergelijke overeenkomst, kan u altijd bij ons kantoor terecht. Een geïnformeerd en gewaarschuwd mens telt voor twee!

Mr. Ann Keunen

Advocaat